In dit driedelige verhaal over de drie plaatsen waar we op dit moment al druk aan het tuinieren zijn heb ik al eerder Binnen en In de kas geschreven. En dan nu tot slot iets over Buiten.
Buiten is het hier nog vrij leeg, maar tegelijkertijd al stampvol gepland. Er zijn wel al wat soorten gezaaid en geplant: sjalotten en uien zijn gepoot, worteltjes zijn gezaaid, evenals lenteui en raapjes. En de knofloken beginnen weer te groeien:
Maar de meeste soorten zaai ik voor, die zaaisels staan in tray’s en potjes in de koude kas. Omdat ik dat nu eenmaal prettig vind, het is iets meer gecontroleerd. Ik heb bijvoorbeeld niet voor niets veel geld en forse verzendkosten betaald voor slechts weinig zaden van de snijbiet Peppermint uit Engeland, teveel om die buiten in regen en storm te zaaien, ik zaai dat soort kostbare soorten liever voor en plant de zaailingen later gelijk op de juiste plaats en afstand uit.
Omdat de tuin nog grotendeels leeg is kunnen Ruud en ik nog volop discussiëren over wat waar komt (en in welke hoeveelheden). En dat doen we dan ook.
We overleggen waar de doperwten en tuinbonen komen. Nou ja, overleggen….. Ruud weet al een mooi vak. Ik zeg nog dat het vak dat hij kiest wel wat meer schaduw krijgt dan wat doperwten fijn vinden. Maar Ruud is al onderweg, met een flink rek onder zijn arm.
Op deze foto zie je de 2 doperwtenrekken in 2018. Afgrijselijk schuin (in Ruud’s ogen), simpelweg omdat ze recht niet in het vak pasten. Ik vond het juist heel vrolijk, eens iets anders dan een rechte lijn:
“Kijk”, zegt Ruud terwijl hij het eerste rek al richting het betreffende vak sjouwt (en met ook zoveel enthousiasme en vaart), “De 2 rekken kunnen hier gewoon naast elkaar staan”.
Aha! Dat was het dus. En hij had het blijkbaar van tevoren (al dan niet stiekem) opgemeten. Ik grinnik heimelijk terwijl ik met rek 2 achter hem sjouw, en zeg “Maar het was vorig jaar toch heel leuk, zo schuin? Als we willen kunnen we de 2 rekken hier ook in een soort V-vorm zetten”. Ruud kijkt naar me alsof ik letterlijk een klap van welke molen dan ook heb gehad. “Ik dacht het niet” is het korte antwoord met een duidelijke punt erachter.
Lekker recht hoor. 1-0 voor Ruud.
De volgende discussie gaat natuurlijk over de bonen. Ik zag Ruud al een paar keer schijnbaar doelloos door de tuin lopen. Maar ik weet wel dat hij uiteindelijk gewoon een plekje zocht voor ‘zijn’ bonen. “Dan maar geen kool”, zegt Ruud, terwijl hij bij het vak staat waar die juist die kolen zouden komen. “Maar ik heb al spitskool en rode kool en zo gezaaid”, zeg ik nog. “En er ligt flink wat half verteerde mest in dit vak, dat vinden kolen lekker maar bonen niet”. En daarmee is de discussie over dit vak al snel beëindigd want Ruud is het (zowaar) met me eens.
En vooruit, ik ben de rotste niet: ik opper dat ik het aantal kolen dat we zetten wel een beetje kan beperken en dan wat meer kolen in juli zaai. Dan zouden de preien bij de kolen kunnen. En dan komt er in het vak voor bladgewassen een stukje vrij. Daar zouden dan de paarse aardappelen kunnen komen. En zo maak ik met 4 tussenstappen uiteindelijk plaats voor wat extra stokbonen.
Het is een heel gepuzzel maar er valt zichtbaar een last van Ruud’s schouders. En ach, die hele vruchtwisseling waren we toch al aan het loslaten. Ik maak Ruud’s hele dag goed door te zeggen dat in mijn vak voor de mooie moestuin wel een rijtje paarse boontjes kunnen staan.
En dat is dan altijd ook het juiste moment om mijn eigen wensen te opperen. Zoals een oud rek dat ik nog graag blauw wil verven en Ruud zonder morren tevoorschijn haalt. En de palmkool die ik wil redden. Het is één plant die ik vorige maand ook al liet zien, opgevreten door de duiven, en de kop eruit gevreten.
Maar deze palmkool geeft niet op. En dan kan ik dat dus ook niet. Ze krijgt allemaal zijscheutjes waaraan wellicht volgende maand de eerste gele bloempjes al kunnen verschijnen. Extra leuk want koolbloemen lokken heel veel bijen en hommels naar de tuin. En tegen die tijd is de tuin al veel voller en bloeien wellicht ook de fruitbomen en – struiken. Dat zou mooi zijn (letterlijk en figuurlijk).
Ruud ziet er het nut niet van in, en zegt “Zet er dan een nieuwe koolplant, daar heb je tenminste wat aan”. Maar verder vindt hij het prima, nog niet vergeten dat in dit vak ook wat bonen van hem mogen komen.
Voor wat hoort wat. Samen tuinieren is nooit saai.
Ik ga vandaag in de kas bloemen voorzaaien. En morgen blijf ik thuis, om binnen tomaten te verspenen. En daarna kunnen we weer naar de kas, om de eerste minder winterharde planten in pot naar buiten te sjouwen. En daarna weer naar binnen, om de gestekte Brugmansia’s te verpotten en wat lichter te zetten. En daarna weer naar buiten, want de Salvia microphylla’s kunnen teruggesnoeid worden:
En zo hebben we het de komende weken op 3 fronten ongeveer even druk.
Ik wil nog even melden dat ik deze week op de website van Pokon ook een blog heb geschreven: Tomaten zaaien
En dan tot slot nog een foto van wat oude slazaden die ik had, ik had niet verwacht dat ze nog allemaal zouden kiemen en heb ze maar gemengd gezaaid. Maar dat deden ze wel, en ik heb nu dus een bak vol sla in geelgroen, groen, rood en gespikkeld en gevlekt in de kas staan. Nog een dag of 10 en dan kunnen we ze buiten uit gaan planten.